Uco van Veen zit sinds enkele maanden in de Beleidsadviescommissie van het NKD, ofwel de BAC. Hij is geen expert op het gebied van dyslexie, maar neemt wel een schat aan bedrijfskundige know how en ervaring mee. Hiermee wil hij graag een bijdrage leveren aan diverse actuele vraagstukken.
Wat doe je in het dagelijks leven?
‘Ik heb lang in het advieswerk gezeten. Daardoor ben ik goed bekend met de zorgwereld en de (lokale) overheid. In 2020 werd ik gevraagd om directeur van Leestalent te worden. Ik kende deze organisatie al en wist dat hier heel prettige mensen werken, met veel expertise, een grote inzet en een gedeelde missie: ieder kind vol vertrouwen en stralend naar school. Voor mij als directeur is steeds de vraag hoe ik al deze professionals zo kan faciliteren dat zij kunnen doen wat zij het liefst doen en waar zij heel goed in zijn: kinderen helpen.’
Wat inspireert jou aan de dyslexiezorg?
‘In mijn familie heeft een aantal mensen dyslexie. In de tijd waarin zij opgroeiden, werd dat niet herkend en kregen zij niet de juiste hulp. Ik heb gezien dat dat een rem zet op je ontwikkeling, of eigenlijk op je hele leven. Vroeger werd nog wel eens gedacht dat dyslexie te maken heeft met intelligentie of inzet, inmiddels weten we beter. Mede door de ervaring in mijn familie besef ik hoe belangrijk het is dat kinderen met dyslexie de juiste hulp krijgen. Anders is de kans groot dat zij gaan vastlopen.’
Waarom ben je lid geworden van de BAC?
‘Ik hou ervan om meerdere dingen tegelijk te doen; een actieve rol in de BAC past daarbij. Ik ben bijvoorbeeld ook lid van de raad van toezicht van een groot samenwerkingsverband in Gorinchem. Al die verschillende activiteiten inspireren mij en versterken me op elk afzonderlijk gebied.’
Wat is jouw toegevoegde waarde in de BAC?
‘In de BAC zitten mensen met ongelofelijk veel kennis van dyslexie. Dat is fantastisch. Met mijn bedrijfskundige achtergrond en ervaring in de advieswereld kan ik vooral iets toevoegen aan vraagstukken met een organisatorische component. Neem als voorbeeld de motie Peters en Ceder, waarin wordt voorgesteld om de dyslexiezorg over te hevelen naar het onderwijs. Verschillende organisaties in het veld maken zich hier zorgen over. Niet alleen het NKD, maar bijvoorbeeld ook de Branchevereniging van Dyslexiezorgaanbieders (BDZA). Als bedrijfskundige denk ik dan direct: we moeten onze krachten nog veel meer bundelen. Als we samen optrekken, wordt onze stem groter en kunnen we elkaar sterker maken. In dit soort processen probeer ik altijd te zoeken naar een gedeeld belang. In dit geval: zorgen dat de motie niet wordt aangenomen en dat de dyslexiezorg onder de Jeugdwet blijft vallen.’
Waarom is dat zo belangrijk?
‘Sinds de transitie van de jeugdhulp hebben gemeenten behoorlijk veel expertise opgebouwd over de financiering en organisatie van de dyslexiezorg. Dat heeft een forse investering gevraagd. Wat gebeurt er met al die opgebouwde expertise als je de dyslexiezorg overhevelt naar het onderwijs? Daar komt nog bij dat elke systeemverandering veel tijd en inspanning vraagt. Als we kijken naar de huidige tijd en de arbeidsmarkt, dan zou je heel veel flauw kunnen zeggen: we hebben wel wat beters te doen met elkaar.’
Een ander actueel thema: de toekomst van Dyslexie Centraal. Hoe kijk je hiernaar als bedrijfskundige?
‘Het ministerie heeft onlangs besloten om de financiering van Dyslexie Centraal met ruim een jaar te verlengen. Het goede nieuws is dat we door kunnen, maar de onzekerheid blijft. Komt er straks weer subsidie? En zo ja, in welke vorm? Ik weet niet wat ten grondslag ligt aan de keuze van het ministerie, ik ken alleen de uitkomst. Maar het is evident dat in Den Haag veel ingewikkelde dossiers op tafel liggen, die allemaal strijden om aandacht. Dan is altijd de vraag: wat heeft nu de hoogste prioriteit? De politiek speelt natuurlijk ook een rol in de keuzes die worden gemaakt. Daar ontbreekt helaas veel kennis over de (ernstige) dyslexiezorg, dus ook vanuit die hoek gaat niet automatisch de aandacht naar deze sector, die op nationale schaal bezien ook nog eens vrij klein is.’
Wat vind jij de waarde van Dyslexie Centraal?
‘Dyslexie Centraal is een heel laagdrempelig toegangskanaal voor alle mogelijke informatie over dyslexie en lees- en spellingproblemen. Niet alleen voor professionals in de dyslexiezorg en het onderwijs, maar ook voor ouders. Hoe mooi is het dat je al die informatie niet overal vandaan moet plukken!’
Draagt dat ook bij aan betere samenwerking?
‘Ja, dat denk ik zeker. Bij Dyslexie Centraal zijn verschillende partijen betrokken, zoals het NKD, Oudervereniging Balans, het Expertisecentrum Nederlands en vele anderen. Ik ben ervan overtuigd dat Dyslexie Centraal bijdraagt aan samenwerking in de keten. Als er ergens een boomstam ligt en iedereen gaat afzonderlijk proberen die op te tillen, gaat dat niet lukken. Maar op het moment dat je dat met z’n twintigen doet, lukt het wel. Zo is het ook met het bieden van de beste hulp aan kinderen met dyslexie of lees-/spellingproblemen. Samen kun je ervoor zorgen dat deze kinderen zo goed mogelijk worden ondersteund om zich te ontwikkelen.’
@Karin van Breugel