De leerkrachtcoach als tolk van het kind
Hoe zorg je ervoor dat één-op-één begeleiding van een leerling ook doorwerkt in de klas? Daar is leerkrachtcoaching voor bedoeld. De begeleider vertaalt het gedrag en de behoeften van het kind voor de leerkracht, en geeft de leerkracht zo handvatten voor in de klas. In dit artikel vertelt Noepie Bosman hoe leerkrachtcoaching er in de praktijk uitziet.
‘Ik vind het belangrijk om het systeem van het kind mee te nemen in de begeleiding,’ vertelt Noepie Bosman. Via Educto geeft zij individuele begeleiding aan leerlingen in combinatie met leerkrachtcoaching. ‘Een leerling kan bij mij het gedrag wel laten zien dat we geoefend hebben, maar vervolgens moet je een manier vinden om dat gedrag door te trekken naar de thuis- en schoolsituatie. En uiteindelijk wil je dat de ontwikkelingen bij het kind duurzaam zijn; ook daarvoor heb je het hele systeem nodig.’
Leerkrachtcoaching biedt daar een hele mooie oplossing voor. De begeleider ondersteunt niet alleen de leerling, maar ook de leraar. ‘Leerkrachtcoaching wordt ingezet wanneer een kind in de klas moeite heeft met bijvoorbeeld emotieregulatie of het contact met andere kinderen, en de leraar niet voldoende kennis of handvatten heeft om daarmee om te gaan. Ik observeer de leerling dan in de klas en vraag de leerkracht waar hij of zij precies tegenaan loopt. Vervolgens geef ik de leerling individuele begeleiding, en om te zorgen dat dit doorwerkt in de klas, ondersteun ik ook de leerkracht in de omgang met de leerling.’
Vanochtend heeft Moos weer een woede-uitbarsting gehad, dus lees ik hem het boekje “Draakje Vurig” voor: over een draakje dat soms heel vurig kan zijn. Hij luistert aandachtig en stuitert op zijn stoel als ik mijn tekenspullen pak. Op een wit vel teken ik een stoplicht. ‘Wanneer zit jij in het groen?’ vraag ik aan Moos. ‘Als ik voetbal!’ Ik vraag hem wat hij dan voelt, en hoe anderen aan hem kunnen zien dat hij in het groen zit. Dan vertel ik dat er zomaar iets kan gebeuren, waardoor hij in oranje komt, en daarna misschien wel in rood. Dat gebeurt als Moos iets niet begrijpt, vertelt hij, of als een kind hem pijn doet. ‘Als je in oranje zit, wat heb je dan nodig om naar groen te gaan?’ Moos denkt goed na en zegt dan: ‘Misschien een rondje lopen.’ Ik vraag Moos wat hij precies prettig vindt en bespreek dat even later met juf Amy. Ik help haar zien welke situaties Moos van groen naar oranje brengen zodat ze, voordat hij op rood springt, hem de ruimte kan bieden weer terug naar groen te gaan. Samen komen we uit op twee mogelijkheden: Moos kan een glaasje water halen in de keuken of een rondje lopen langs de schoolbieb. Het is een kleine, maar effectieve stap naar meer emotieregulatie bij Moos.
De begeleiding van Noepie duurt bij voorkeur kort, zodat de leerling daar niet afhankelijk van wordt. Door de leerkracht te coachen, en ook de ouders te betrekken in het proces, creëert Noepie een setting waarin de leerling blijvend profijt heeft van haar begeleiding. ‘Uiteindelijk stap ik eruit en moet de leerkracht het alleen doen. Daarom is het goed om samen met de leerkracht te kijken welke kleine doelen haalbaar zijn. Wat kan de leerkracht snel en makkelijk oppakken in de klas? Een leerkracht heeft immers nog 25 leerlingen om rekening mee te houden. Samen met de intern-begeleider, ouders en het samenwerkingsverband kiezen we concrete, toepasbare doelen voor de leerling -zoals het omgaan met frustratie of het maken van een planning- en daar coach ik de leerkracht dan bij.’
“Samen” is het sleutelwoord voor Noepie: alleen dan werkt leerkrachtcoaching. ‘Ik heb de leerkracht nodig om het kind in beeld te brengen, en de leerkracht heeft misschien een stukje van mij nodig. Maar ik ben er niet om de leerkracht te vertellen hoe het moet; we kijken samen wat er anders kan, en altijd in het belang van het kind. Soms is het even wennen voor leerkrachten, maar tot nu toe zijn ze allemaal positief over het traject. Ze vinden het fijn om te kunnen sparren.’
Voordat Noepie de leerkracht kan coachen, moet ze eerst begrijpen wat er bij de leerling gebeurt. Ze vraagt de leerkracht een paar situaties te beschrijven die moeilijk verlopen, zodat ze die situaties met de leerling kan bespreken. ‘Voor een leerkracht is een leerling uit het niets heel boos, maar voor de leerling zijn daar heel veel kleine dingen aan vooraf gegaan. Een stukje bewustwording helpt dan, zowel bij de leerkracht als bij de leerling zelf.’
Noepie fungeert vervolgens als een soort tolk voor het kind: zodra zij begrijpt wat er bij de leerling gebeurt, kan ze dat overbrengen aan de leerkracht en handvatten geven hoe te handelen. ‘Zo werkte ik bijvoorbeeld met een leerling die vaak omgedraaid op zijn stoel zat. De leerkracht vroeg dan aan de leerling om recht te gaan zitten en naar haar te kijken tijdens instructies. Maar voor de jongen was dat teveel gevraagd. Later, een op een, blijkt dat de jongen de situatie te spannend vindt en zich beter kan concentreren wanneer hij ergens anders naar kijkt. Dat geef ik dan terug aan de leerkracht: hij heeft het omgedraaid op zijn stoel zitten nodig om de informatie te kunnen verwerken. Van daaruit kunnen we samen kijken naar een oplossing.’
Soms heeft de leerling een diagnose gekregen en vormt psycho-educatie onderdeel van de begeleiding. Dan neemt Noepie de leerkracht mee in het brein van de leerling: wat gebeurt daar en wat kun je wel of juist niet van de leerling verwachten? ‘De expertise van de leerkracht ligt op het didactische vlak; mijn toegevoegde waarde zit in het sociaal- emotionele stuk. Ik denk dat scholen met leerkrachtcoaching daarom meer expertise in school krijgen; de leerkracht krijgt steeds meer ervaring in hoe je omgaat met bepaalde situaties. Die ervaring neem je, als leerkracht en als school, ook mee bij toekomstige lastige situaties. Daarnaast helpt het natuurlijk dat ik een op een met de leerling werk.’
Nu het passend onderwijs tot grote klassen en veel zorgleerlingen leidt, zetten scholen en samenwerkingsverbanden leerkrachtcoaching steeds vaker in. Dat gebeurt vaak laagdrempelig; juist ook bij situaties die nog niet geëscaleerd zijn. ‘Scholen moeten proberen zoveel mogelijk kinderen op het regulier onderwijs te houden en dat vraagt veel van ze. Daarom is het fijn als externe begeleiders kunnen helpen bij leerlingen die worstelen op sociaal-emotioneel vlak.’ Zo kan de combinatie van individuele begeleiding met leerkrachtcoaching de druk van leerkrachten verlichten en voorkomen dat leerlingen echt vastlopen.